Posts tagged pers
Nepstudenten?
Af en toe duikt er in de media iets op dat mijn collega’s en ik niet kunnen plaatsen. Ook de afgelopen dagen kwamen we er maar niet achter wie die twee studenten zijn die volgens een aantal media (AD, Nieuws.nl, RTV Utrecht) een systeem ontwikkelen tegen autobranden. Volgens sommige van de berichten studeren ze Integrated Product Design in Delft. Die studie hebben we, maar de studenten zijn daar niet bekend. Ze staan niet in de studentenadministratie, ze hebben geen e-mailadres van de TU Delft… niets, nothing, nada.
Maandag (12 januari) kreeg collega Wendy Batist de eerste journalist aan de lijn die op zoek was naar de beide studenten. Ze dook er in, samen met de collega’s van de faculteit Industrieel Ontwerpen (waar Integrated Product Design deel van uitmaakt) maar kon geen spoor vinden.
We willen journalisten natuurlijk wel heel graag helpen, dus toen ik dinsdag meer persvragen kreeg, ondermeer uit Hilversum, ging ik verder zoeken. Ook dat bracht me niet verder; niet via de gebruikelijke kanalen binnen TU Delft, ook niet via Google. Geen Facebookpagina’s, geen toevallig berichtje op de website van een sportclub, niets.
Dan de zware middelen maar inzetten ;-): een oproepje op Twitter : ‘Wie kent….’. Ook een berichtje naar de HBO’s op de campus leverde niks op. Niemand kent deze nijvere studenten, lijkt het wel.
Dus nu is de vraag: bestaan ze wel? En bestaat hun onderzoek? Zijn hun namen in de artikels soms zo verhaspeld dat we ze niet kunnen vinden? Of is het weer een projectje van journalisten die willen zien of hun collega’s er in tuinen? (Zie dit blogje van mij en dit blogje van Roy Meijer) Of blijkt er straks weer eens verwarring te zijn tussen de TU’s van Eindhoven, Twente en Delft?
Wie weet het?
Over communicatieafdelingen, universitaire pers en de vrijheid van meningsuiting
Linda Duits waarschuwde op 3 september in Folia voor een toenemende invloed van communicatieafdelingen op de universitaire pers. Tot nu toe heb ik altijd aan de kant gestaan als het schijngevecht tussen journalistiek en voorlichting weer eens losbarstte (meestal gaat die discussie over slechte journalistiek en slechte persvoorlichters), maar dit keer ‘hap’ ik.
Vrijheid van meningsuiting
De vergelijking met het dictatoriale Oezbekistan vind ik echt niet kunnen. Duits doet journalisten en bloggers in dictatoriale landen daarmee onrecht. De repressie van een bevolking door een dictatuur gaat heel veel verder dan een online magazine niet meer financieren. Dat hoef ik niet uit te leggen, toch? Duits schrijft: ‘Controle over wat er gezegd en geschreven mag worden is eng.’ Dat is waar, maar daar gaat het niet om bij de universiteiten/hogescholen. Iedereen mag zeggen en schrijven wat hij of zij wil. De vraag is in hoeverre een (onderwijs)instelling mensen moet aannemen/betalen om onder een onafhankelijk redactiestatuut over die instelling te schrijven (en om dat als drukwerk te verspreiden). En dat in een tijd waarin iedereen dankzij weblogs, Twitter, Facebook… meer dan ooit te voren mogelijkheden heeft om zijn of haar mening uit te dragen.
Ondersteunend
Afdelingen communicatie zijn volgens Duits een ‘bedreiging voor de universitaire praktijk’. Dat verbaast me. Wat we bij Externe Communicatie van de TU Delft vooral doen is wetenschappers, bestuurders en studenten helpen om hun boodschap uit te dragen. We helpen contact te leggen met de media en leggen uit hoe de media werken en hoe je je boodschap kan overbrengen. We geven workshops over bloggen, twitter en andere social media. We laten zien hoe de buitenwereld kijkt naar boodschappen vanuit de universiteit of individuen. Dat helpt wetenschappers om hun doelen (verspreiden van onderzoeksresultaten of fondsenwerving bijvoorbeeld) te bereiken.
Ik ken natuurlijk vooral de situatie bij de TU Delft en vroeger die bij de Universiteit Maastricht, maar hoor ook wel eens wat over hoe de collega’s elders het doen en meestal is dat niet fundamenteel anders.
Goed nieuws
Leggen we daarbij de nadruk op positieve verhalen? Ja, dat klopt wel. We zijn van ‘be good and tell it’. Maar journalistiek is ook niet waardenvrij. Ik kies mijn krant en de programma’s die ik bekijk vanwege de onderwerpen die ze behandelen en de manier waarop ze dat doen. Bovendien, in de journalistiek geldt bijvoorbeeld vaak dat goed nieuws, geen nieuws is, toch? Dat is een journalistieke, maar geen objectieve keuze.
Bladeren
Ik ben het wel met Duits eens dat het jammer is dat papier verdwijnt. Niet specifiek bij universiteitsbladen (Delta verschijnt nog in gedrukte vorm, zij het minder vaak dan vroeger), maar in het algemeen. Sinds de papieren wetenschapsagenda niet meer op mijn bureau ligt, volg ik de promoties e.d. veel minder. En die handige universiteitsgids mis ik nog wekelijks. Ik houd van bladeren door de bladen, maar de dagelijkse online nieuwtjes wil ik ook niet meer missen. Hoe jammer het ook is, in de praktijk moet je keuzes maken. Het maken en verspreiden van drukwerk is helaas duur.
Mijn kennis, jouw copyright
Stel, je bent al zo’n 17 jaar vleugeldeskundige. Je bent er ooit op afgestudeerd, hebt een baanbrekend proefschrift geschreven en nog steeds bestudeer je hoe vleugels van vliegtuigen lichter, sterker en efficiënter gemaakt kunnen worden. Je bent in Nederland echt dé deskundige op dit gebied. De komende jaren hoop je een nieuwe onderzoekslijn op te kunnen zetten om nieuwe ideeën in je vakgebied te kunnen onderzoeken. Je bent druk bezig met het schrijven van een onderzoeksvoorstel om fondsen aan te trekken voor dat onderzoek.
Mediastorm
En dan gebeurt er op Schiphol een incident met een vleugel van een groot passagiersvliegtuig. De piloot heeft al zijn vaardigheden in moeten zetten om het vliegtuig toch nog veilig aan de grond kunnen zetten. Er hadden doden kunnen vallen, zeggen sommigen in de luchtvaartsector. De media gaan op zoek naar een deskundige die kan duiden wat er fout is gegaan, waarom, wiens schuld het is, of meer vliegtuigen dit probleem hebben…. De telefoon staat roodgloeiend.
Eigenlijk wil je doorwerken aan je onderzoeksvoorstel. De deadline is over twee weken. Maar ja, een groot deel van het onderzoek is al die jaren door de maatschappij betaald, dus je voelt je ook wel een beetje verplicht om je kennis te delen. Het is bovendien ook wel leuk om de mensen over je vak te vertellen. En voor je subsidieaanvraag kan het geen kwaad om je wat meer te profileren.
Tijd
En dus maak je een aantal uren vrij om wat journalisten terug te bellen. Ze blijken niet heel goed ingewerkt te zijn, hebben vaak ook geen bêta-achtergrond, dus je biedt aan om hun stukken nog even te lezen voor ze naar de drukker gaan. En je geeft je 06-nummer, dan kunnen ze altijd bellen als ze nog een vraag hebben. De uren die je had vrijgemaakt, worden uiteindelijk bijna twee dagen. Je hebt drie cameraploegen te woord gestaan en bent ’s avonds nog in Hilversum aangeschoven bij een TV-programma. Een leuke ervaring!
Trots
’s Ochtends heeft de secretaresse de kranten gehaald. Leuk om alle stukken te zien. De student-assistent gaat aan de slag om al deze ‘maatschappelijke output’ weer te geven op jouw website en die van de afdeling, met linkjes, waar mogelijk, en pdf’s van de twee mooiste artikelen, die eigenlijk alleen over het interview met jouw gaan. Als je de website later bekijkt, voel je je best trots. Maar je bent ook blij dat je op dag 3 na het incident weer wat tijd aan je onderzoekaanvraag kan besteden.
Betaalmuur
Dit verhaal begon met ‘Stel…’. Een hoogleraar Vleugelkunde ken ik niet. Wel het belang dat veel wetenschappers (eenmaal over de drempel) hechten aan het delen van hun kennis met de burger, via media. Niet alleen vinden veel wetenschappers dat leuk en ook hun plicht, bij het aanvragen van subsidies speelt hun ‘maatschappelijke output’ ook steeds meer een rol. Wetenschappers laten dus graag zien welke lezingen ze gegeven hebben en in welke media ze hun kennis hebben gedeeld. Bij artikelen of uitzendingen die online staan, is het geen probleem om die ook op de website van de onderzoeker te laten zien. Maar wanneer artikelen alleen op papier zijn verschenen of achter een betaalmuur staan, is het niet altijd mogelijk voor de wetenschapper om die op zijn website te laten zien.
Copyright
Natuurlijk heeft de journalist (of zijn opdrachtgever) copyright op zijn producten. Maar hoe eenzijdig zijn die rechten als het artikel er niet gekomen was zonder de investering van de onderzoeker? Naar mijn idee hebben de journalist en de wetenschapper bij een interview beiden een belang. De wetenschapper stelt zijn tijd en opgebouwde expertise gratis ter beschikking van de journalist, heeft hij dan helemaal geen recht om de weergave van de journalist trots op bijvoorbeeld zijn website te plaatsen? Nu het voor wetenschappers steeds belangrijker wordt om hun maatschappelijke output aan te tonen, zullen we daar vaker over in gesprek gaan met journalisten. Ik ben alvast benieuwd naar het resultaat.